Op 17 juni vond het jaarlijkse event van het Mutual Gains Netwerk plaats in de zonovergoten tuin van landgoed Hilverbeek in ‘s-Graveland. Frans Evers, voorzitter van het netwerk, leidde de middag op zijn geheel eigen en gewaardeerde wijze. Onder zomerse omstandigheden luisterden ruim 40 netwerkleden en gasten naar buitengewoon interessante inleidingen, waarna zij zelf aan de slag gingen met vragen over de omgang met onzekerheden in hun eigen werk.
Maya Meyer van de MeyerBergman Erfgoed Groep schetste het biedingsproces rond Paleis Soestdijk dat het bedrijf in 2017 succesvol heeft afgerond. Een prachtige inkijk in prijsvorming terwijl er enorme onzekerheden over de toekomstige mogelijkheden van exploitatie bestaan. Haar bijdrage ging over passie voor het gebouw en de plek, en over je nek uit durven steken.
Haro Schultz van Haegen is verbonden aan HiiL Innovating Justice en putte uit zijn onderhandelingservaringen bij voormalige werkgevers zoals Shell. Hij ging onder meer in op de rol van BATNA (Best Alternative to a Negotiated Agreement) in het omgaan met onzekerheden. Het is je anker in de onderhandelingen: wat heb je als de deal niet doorgaat. Doet een onzekerheid zich in je BATNA niet voor en in de lopende onderhandeling wel? Dan heb je zelf de keuze om de waarde van de onzekerheid af te wegen tegen de zekerheid van je BATNA. Het is dus ook een instrument om te kunnen omgaan met onzekerheden.
Tjerk Wagenaar illustreerde zijn glibberige pad tussen het onderhandelen met grote bedrijven en het managen van de weerstand in de achterban van natuur- en milieuorganisaties. Als oud-directeur van de Stichting Natuur en Milieu ervaarde hij aan den lijve hoe moeilijk dat is, omdat je aan de onderhandelingstafel voortdurend rekening moet houden met de haalbaarheid van een akkoord bij de achterban met gematigden en fundamentelen. Zijn afdronk “Door beproeving groeit wijsheid” vatte zijn verhaal pakkend samen.
Jan-Jaap de Kloet besteedde zijn laatste middag als wethouder van Wijdemeren in ons midden. Hij reflecteerde op zijn bestuurlijke ervaringen in de burgerparticipatie rond de Aanpak Oostelijke Vechtplassen. Het wegen van verschillende belangen in verschillende delen van de gemeente rond de aanpak van de Vechtplassen bleek in de praktijk geen sinecure. In een project waarin het onzeker is of er een oplossing komt die voor alle bewoners aanvaardbaar is, moeten er bestuurlijke keuzes worden gemaakt, want het college van B&W moet uiteindelijke bestuurlijk zijn verantwoordelijkheid nemen.
Na deze vier persoonlijke verhalen was het tijd voor de deelnemers om zich in kleine groepen te buigen over de omgang met onzekerheden in eigen werk. Op allerhande plekken in de tuin van Hilverbeek werd deze opdracht serieus opgepakt. Na een korte wrap-up stond de borrel klaar, zodat de aanwezigen konden netwerken en nieuwe contacten opdoen.
Het was een boeiende middag waarin ‘omgaan met onzekerheden’ vanuit vele perspectieven en ervaringen werd belicht. Wat mij wel duidelijk werd in de loop van de middag is dat er geen makkelijke oplossing is. Het maakt bijvoorbeeld heel veel uit of:
de onzekerheid bij alle partijen of bij één van de partijen in de onderhandeling aanwezig is;
de onzekerheid bestaat omdat één van de onderhandelaars niet bereid is om relevante informatie te delen;
de onzekerheid wordt bepaald door een niet-deelnemer aan de onderhandeling;
de onzekerheid bepaald wordt door toekomstig handelen of nalaten van één van de partijen;
de onzekerheid op een bepaald moment een zekerheid wordt, of ten allen tijde een onzekerheid blijft, ook na afronding van de uitvoering, en dus een risico vormt.
Er zijn zeker nog meer voorbeelden te bedenken, bovendien kunnen sommige van deze onzekerheden zich tegelijkertijd voordoen. Daarmee vraagt het omgaan met onzekerheden om maatwerk, dat wil zeggen een op de situatie toegesneden oplossing die partijen in gezamenlijkheid overeenkomen. Daarbij hoort dat zij een zodanige afspraak maken dat voor alle partijen voorzienbaar wordt wat de consequenties zijn als een onzekerheid in de praktijk een tegenvaller blijkt te zijn, zowel voor één onderhandelaar als voor alle onderhandelaars.
In mijn ervaring werkt dit in transactionele situaties anders uit dan bij gebiedsopgaven. Bij transactionele onderhandelingen kunnen handelsregels met betrekking tot verborgen gebreken, garantiestellingen, spijtoptantregels, bedenktijd, etc. soelaas bieden. In gebiedsopgaven moet er ook vertrouwen zijn tussen de partners dat allen zich tot het einde toe committeren aan de doelen van de samenwerking; men bereid is geduldig te zijn tot ook de eigen onzekerheden zijn omgezet in zekerheden; en partijen elkaar weer opzoeken als er een situatie ontstaat waarin één van de partijen met onzekerheden blijft zitten, zeker als de andere partijen hun samenwerkingsdoelen al hebben gerealiseerd.
Volgens verschillende theorieën over vertrouwen is het vastleggen van afspraken in een overeenkomst eigenlijk een gevolg van onvoldoende vertrouwen tussen partijen. Ik ben zelf van mening dat het vastleggen van afspraken over situaties die zich onverhoopt toch voordoen, meerwaarde heeft om een eventueel vertrouwenstekort te overbruggen. Deze zogenaamde ‘wat-nu-als…’ bepalingen bieden de gelegenheid om op een verantwoorde manier om te gaan met onzekerheden, zonder deze overigens weg te nemen.
Helemaal niets doen vanwege de onvoorspelbaarheid van onzekerheden is wat mij betreft geen optie. Daarmee lossen we de problemen van ons land zeker niet op. En zo verliet ik de fraaie omgeving van Hilverbeek met het gevoel dat we nog veel te doen hebben om te leren omgaan met onzekerheden.